groei
Persoonlijk vond ik dit een heel moeilijke les qua inhoud. Maar daardoor heb ik hier wel zeer veel van bijgeleerd. Ik ben er immers niet goed in om muziekinstrumenten te herkennen of uit een muziekstuk te halen. Stap voor stap door gerichter te luisteren en dichter bij de box te gaan zitten is dit me toch gelukt. Tot nu toe gaf ik nog niet dergelijke les op stage. Ik gaf wel al muzieklessen maar deze draaiden dan rond het aanleren van het lied of het zelf creëren van een lied, nog niet echt rond het beluisteren. Dit is iets dat ik in de toekomst meer wil doen, zodat ik er mezelf ook meer in thuis vind en dit vlotter zal verlopen.
Wat we deden:
Eerst verzamelden we ons in een kring. We schreven allemaal op een briefje een waarde die we onze kinderen zeker zouden meegeven naar later toe. Deze stopten we in een koffer. A.d.h.v. een Afrikaans klapspel haalden we één voor één de waarden uit de koffer.
Het klapspel ging als volgt:
Dam dam hia
Dam dam hoea
Dam dam hia hoea
Dam dam hoea hia
Dam dam telefoon
Dam dam microfoon
Dam dam bislama
Dam dam ssst
Hierbinnen konden verschillende variaties worden aangebracht: van stil naar luid, van luid naar stil, heel snel, heel traag, enkel klappen bij 'dombe' en de woorden zeggen, enkel 'dombe' zeggen en klappen en enkel de figuren uitbeelden bij de andere woorden (duim omhoog en naar beneden).
Je kan hier ook variaties uit de kinderen laten komen. Wat zouden zij eens willen doen?
Na deze opwarming leerden we een Afrikaans lied aan met bijhorende bewegingen. (uit JAMBO).
Ook kregen we tijdens deze les het verhaal te horen van waar '100 en 1 nachten' afkomstig was. (de koning die telkens met een dame sliep en ze de ochtend nadien doodde, doordat hij dacht dat ze niet trouw kon zijn. Tot dat er een vrouw kwam die telkens verhalen vertelde, 's avonds vertelde ze een verhaal en stopte op een hoogtepunt, de koning moest tot de volgende dag wachten om het vervolg te horen). Nadien hoorden we hierover een muziekstuk, we kregen gerichte opdrachten (luisteren en tekenen waar het zich volgens jou afspeelt) luisteren naar een melodie van de kleine trom en dit naspelen met ritmestokjes, luisteren welke instrumenten je hoort, luisteren naar hoeveel keer een viool erin voorkwam.
Daarnaast kregen we een kort verhaal over vluchtelingen. We maakten een verklanking op het verhaal en tekende dit uit. Dan gaven we onze bladen door aan een ander groepje. Zo krijgen ook wij een blad van een ander groepje dat we probeerden te verklanken a.d.h.v. hun tekening. Dit lieten we nadien horen in groep. De anderen moesten zeggen of het leek op wat ze bedoelden en welk verhaal ze erin hoorden. Nadien speelde de groep die de 'partituur' had geschreven hun stuk en werd dit vergeleken.
Ook kregen we elk een stukje van een verhaal. We kregen even tijd om dit voor te bereiden. We moesten het voorlezen en ondersteunen met muziek (zowel stemgebruik als instrumenten).
Als slot van deze les tekenden we 3 kolommen op ons blad. We kregen een kort muziekfragment te horen. In kolom 1 schreven we 4 woorden die bij ons opkwamen bij het beluisteren van het lied. Als we klaar waren liepen we rond, zodat de leerkracht zag wie klaar was. Nadien bewogen we ons op de muziek door de ruimte. Wanneer de leerkracht de muziek stopte moesten we bij de persoon gaan staan het dichtst bij ons. We keken naar zijn/haar woorden en kozen daar één woord uit, dit noteerden we in kolom 2. Dit herhaalde zich 4 keer zodat we ook in kolom twee, vier woorden hadden staan. Dan gingen we weer zitten. We kozen uit elke kolom één woord uit, met deze twee woorden maakten we een situatie die we in kolom drie schreven (je kan ook 4 situaties maken)!